Enkele feiten over kernafval, zoutkoepels en kerncentrales
Kernongeval met besmetting Waddenzee niet uit te sluiten
De regering stelde in een op 19 december 2024 verschenen rapport dat men zich ook bij nieuwe kerncentrales moet voorbereiden op een ernstig ongeval. Immers: “Nieuwe reactoren moeten zo ontworpen worden dat de gevolgen voor de omgeving van alle ongevallen die niet praktisch uit te sluiten zijn, beperkt zijn.” Het gaat hier om evacuatie tot op hooguit 3 kilometer en schuilen of slikken van jodiumpillen tot op hooguit 5 kilometer van de kerncentrale. Bij een kerncentrale aan de Eemshaven en wind uit zuidwestelijke richting zal de Waddenzee besmet worden. Blijkbaar vindt de regering dit aanvaardbaar.
Grote kerncentrales duur
Nieuwe kerncentrales blijken steeds drie tot vier keer duurder te zijn dan aanvankelijk gepland. We nemen hier als voorbeeld het Franse bedrijf EDF dat kerncentrales bouwt van het type EPR (European Pressurizedwater Reactor). De bouwkosten van de Finse EPR-reactor Olkiluoto-3 waren uiteindelijk 3,4 keer hoger dan begroot. Bij de Franse kerncentrale Flamanville-3 zijn de kosten 4 keer hoger en bij de Engelse kerncentrale Hinkley Point C 3 keer hoger dan gepland. Daarentegen daalden de kosten van elektriciteit uit zon of wind sinds 2009 met 70%.
Kerncentrales financieel risico
Geplande kerncentrales zijn drie tot vier keer duurder dan begroot.
Energiebedrijven vinden kerncentrales, ook met verregaande overheidssteun, een te groot financieel risico, schreef minister Hermans van Klimaat en Groene Groei op 5 februari 2025 aan de Tweede Kamer: “Om de ambitie op het gebied van kernenergie te realiseren is een sterke overheidsrol noodzakelijk. Marktpartijen zijn niet bereid om een kerncentrale volledig voor eigen risico te bouwen en te exploiteren. Ook met vergaande overheidssteun willen zij niet deze verantwoordelijkheid dragen. Gezien de lange looptijd, de financiële risico’s die marktpartijen niet of maar zeer beperkt bereid zijn te lopen, maar ook het publieke belang voor de energievoorziening en de ordentelijke bedrijfsvoering van kerncentrales is publiek aandeelhouderschap wenselijk voor de verdere uitrol van kernenergie.” Daarom pleit deze minister voor “overheidsdeelname” of “een staatsbedrijf.”
Op 16 mei 2025 herhaalde minister Hermans: “De beschikbare gereserveerde middelen in het Klimaatfonds niet voldoende zijn voor de realisatie van vier kerncentrales.” Daarom zijn “vergaande garanties door de Nederlandse staat” nodig.
Kernenergie een onverzekerbaar risico
Wie de kleine lettertjes van de schadeverzekering bestudeert, komt ook een paragraaf tegen over schade die niet gedekt wordt. Behalve oorlog wordt ook schade “veroorzaakt door of samenhangend met atoomkernreacties” niet gedekt. Deze uitsluiting is niet toevallig. Er is namelijk een afspraak tussen de verzekeringsmaatschappijen dat zij niemand individueel zullen verzekeren tegen de risico’s van kernenergie. Blijkbaar vinden verzekeringsmaatschappijen kernenergie een te groot risico.
Kernafval een miljoen jaar veilig in zoutkoepels?
Kerncentrales maken radioactief afval. In Duitsland, Zwitserland, Zweden, Frankrijk en de Verenigde Staten is het uitgangspunt van het beleid dat het kernafval een miljoen jaar gevaarlijk blijft. De regering heeft het al vanaf 1976 over opslag van kernafval ondergronds in Noord-Nederlandse zoutkoepels.
Al vanaf 1976 staan acht zoutkoepels op de lijst voor opslag van kernafval: Ternaard in Friesland, Pieterburen en Onstwedde in de provincie Groningen, Schoonloo en Gasselte-Drouwen in Drenthe en de minder zekere zoutkoepels Bourtange (provincie Groningen) en Hooghalen en Anloo (Drenthe). Met rekenmodellen probeert men na te bootsen hoe het opgeborgen kernafval zich in de periode van de komende honderdduizenden jaren in de ondergrond zal verplaatsen. Deze periode noemt men ook wel de simulatieperiode. De rekenmodellen voor de veiligheid op lange termijn zijn echter onbetrouwbaar.
Boven top zoutkoepel 2,5 vierkante kilometer nodig
Opslag van kernafval onder de grond vraagt namelijk bovengronds veel ruimte, stelde de regering op 11 februari 2025. Het zal gaan om een terrein van ongeveer 2,5 vierkante kilometer (dat is 1 kilometer bij 2,5 kilometer).18 Een eerder rapport van de onderneming Van Hattum en Blankevoort noemde 40 hectare (40 hectare is bijvoorbeeld 1 kilometer bij 400 meter) aan het aardoppervlak, boven de top van de zoutkoepel.19 20 En bij bijvoorbeeld Pieterburen gaat het om het centrum van deze plaats. Bij opslag in deze zoutkoepel moet een deel van het centrum afgebroken worden om bovengronds ruimte te maken.
Ervaringen opslag kernafval in buiteland zijn negatief
De Duitse overheid gaat 126.000 vaten radioactief afval opgraven uit de zoutkoepel in Asse in de deelstaat Nedersaksen.
Op 17 september 2021verklaarde de Duitse overheid na veertig jaar onderzoek (kosten 1,6 miljard euro) de zoutkoepel Gorleben ongeschikt.
In Denemarken werden rond 1980 zes zoutkoepels onderzocht voor de opslag van kernafval. Ze bleken allemaal ongeschikt.
Al in 1957 zei de Amerikaanse Academie van Wetenschappen dat het kernafval het beste in zout opgeborgen zou kunnen worden.
In 1963 leverden proefboringen in zout bij Lyons in de staat Kansas ongunstige resultaten op. Daarop ging men op andere plaatsen in zout boren.
Het Amerikaanse ministerie van Energie plaatste in 1984 zout lager op de lijst.
In 1985 werden zoutkoepels zelfs helemaal geschrapt.
Kleinere kerncentrales ook geen oplossing
Sinds een paar jaar worden, ook in Groningen, door politieke partijen als BBB, VVD en PVV kleinere kerncentrales naar voren geschoven, de Small Modular Reactor (SMR). Maar:
a. elektriciteit uit SMR’s kost meer dan stroom uit grote kerncentrales;
b. SMR’s zijn niet veiliger dan bestaande kerncentrales;
c. SMR’s leveren, net als andere centrales, niet 100% van de tijd elektriciteit;
d. SMR’s gebruiken de kernbrandstof uranium niet efficiënter dan bestaande kerncentrales.
e. SMR’s maken het probleem van de opslag van kernafval niet kleiner.
Kernenergie geen goede oplossing voor het broeikaseffect
Kernenergie wordt vooral naar voren geschoven als dé oplossing voor het broeikaseffect, omdat bij kernenergie (bijna) geen uitstoot van het broeikasgas CO2 zou zijn.
Dat is echter onjuist. Bij de splijting van uranium in de kerncentrale komt geen CO2 vrij, maar wel bij de winning en bewerking van uraniumerts, bij de bouw van de kerncentrale, het transport van kernbrandstof, de afbraak van de centrale, enzovoort. De totale CO2-uitstoot is bij kernenergie zo’n tien keer hoger dan bij windenergie. Daarom is kernenergie geen goede oplossing voor het broeikaseffect.
Op de pagina "Kernoverzicht" is (veel) meer te lezen en zijn de downloadbare stukken te vinden.